11x wat je denkt bij Nederlanders naast je tijdens je vakantielunch
Na lang wikken, wegen, mitsen, maren en pro-en en con-en hadden we gekozen: de hippe strandtent waar sushi geserveerd wordt zou het worden. We belden in de auto zodat de ober de loper voor ons uit kon rollen. En dat deed hij. Waar we wilden zitten mochten we kiezen. Wilden we zeezicht, onder de veranda of lekker op het gras waar de zon zich door het palmendek boorde? Het gras natuurlijk. We kwamen uit Nederland waar het, voor ons gevoel in ieder geval, sinds september had geregend. Senza fine, dus graag in de zon. We waren niet de enigen die dat dachten. Drie tafels verderop vleide een Italiaans stelletje zich neer. En ja hoor, ondanks het feit dat de rest van het terras leeg was, werd precies het tafeltje naast ons ingepikt door: een groepje Nederlanders. Heus leuke mensen, daar niet van, maar toch. Dan gaat er van alles door je heen, zoals:
1. Nee, hè, geen Nederlanders. Ik ben op vakantie. Straks denken die obers dat wij net zoals zij zijn. Als ze maar geen ketchup bestellen bij de sushi, alsjeblieft. Ik heb mensen hier wel eens horen vragen om ananas op hun pizza. Gewoon Niet Doen.
2. Ach, ze vallen ook wel mee eigenlijk.
3. Moet ik iets tegen ze zeggen? Ik bedoel; als Nederlanders in den vreemde?
4. Nee, doe normaal, in Bloemendaal zit je toch ook op het strand naast landgenoten, dan ga je toch ook niet met elke tafel naast je praten? We zijn in Italië, niet ergens in de jungle van Peru.
5. Shit, waar hadden we het over? Laten we maar geen namen noemen, zul je zien dat ze precies die mensen kennen waar wij het nu over hebben.
6. Zal ik ze tips geven waar je nog meer lekker kan eten?
7. Doe normaal, wie weet komen zij hier al langer dan jij, doe nou niet alsof jij de prinses van Puglia bent.
8. Speaking of prinses, zouden ze weten dat onze koningin hier nu as we speak ook is? Zal ik dat vertellen?
9. Doe normaal.
10. Waarom komen ze eigenlijk precies naast ons zitten? Hadden zij ook niet verwacht dat wij Nederlands waren? Hebben ze nu spijt of vinden ze het helemaal niet erg?
11. We gaan. Ik zeg voorzichtig ‘doei’. En zij ook. Misschien hadden we toch even moeten kletsen.
Bron: Amayzine