Sprookjesnacht

De Italiaanse modegoden waren overduidelijk met mij, want stom toevallig stond ik twee dagen voor dat appje (uit de vorige aflevering) in een mooie winkel een klassieke zwarte jurk te passen die ik niet nodig had, maar toch kocht, ‘want een mooie zwarte jurk komt altijd van pas’. Nou, dat bleek. In een spijkerbroek kun je de Italiaanse adel niet onder ogen komen en aangezien ik pas rond 19.00 uur terug zou zijn in Florence was er ook geen tijd om last minute iets te kopen. De afspraak was: om 20.00 uur verzamelen bij vrienden van Lorenzo, vanaf daar reden we de heuvels in naar het kasteel. Omdat het allemaal wel ook een béétje vaag was en ik die Lorenzo zelf goedbeschouwd ook niet kende, had ik wel even bij hem geïnformeerd of ik in theorie vanuit dat kasteel zelf thuis kon komen. Dat kon, taxi’s reden erheen, hij had me het adres gestuurd (zie je, echt een lieverd) en met die geruststelling was ik helemaal game.

Opgedoft en wel stapte ik in de taxi naar het eerste adres. Het bleek in een sjieke wijk aan de rand van de stad te liggen en was een gigantisch appartement, met krakende vloeren, metershoge plafonds en veel donkerbruine oude houten meubels. Er waren twee andere stellen, studievrienden van Lorenzo, aardige types. Alles schreeuwde ‘oud geld’, ze waren overduidelijk van goede afkomst, dat zie je aan mensen. Hoe hun haar zit, hoe ze zich bewegen, de manier van praten, je voelt het. Na een tijdje begon iedereen wat meer te wennen aan de situatie en ging het gesprek over het feest en vertelde een vriend van Lorenzo dat ik er niet van moest schrikken als er tijdens het feest niemand met me zou praten. ‘They’re not used to outsiders.’

We reden in het donker de stad uit, de bergen in en zagen in de verte al een groots landgoed helder uitgelicht op ons wachten. Het was met recht een kasteel, met een grote fontein, enorme tuinen, wel honderd ramen en een gewelfde kelder waar het feest plaatsvond. Ik stapte een filmscène in. Er waren vrouwen in schitterende Italiaanse couture, grote parelkettingen, glimmende juwelen, perfect geföhnd haar. Mannen in op maat gesneden double breasted maatpakken, met hoge broekspijpen en fluwelen instappers eronder. Iedereen had dik, golvend bruin haar, zoals het haar van McDreamy. Er was een bar waar loeisterke gin tonics werden geschonken, er werd veel Italiaanstalige popmuziek gedraaid, mensen waren eerst voorzichtig, daarna uitbundig aan het dansen en iedereen leek elkaar te kennen. Dat was ook wel zo, Lorenzo vertelde dat het grootste deel van de aanwezigen linksom of rechtsom familie van elkaar was, en dat velen met elkaar hadden gestudeerd.

Zijn vriend bleek in ieder geval gelijk te hebben: niemand zei iets tegen me. Het was ronduit verbazingwekkend, ook als Lorenzo me aan iemand voorstelde werd er beleefd een naam gezegd en daar bleef het dan ook bij. Zelfs op de vrouwen-wc, doorgaans toch wel de plek waar iedereen spontaan beste vriendinnen met elkaar wordt, had ik geen succes. ‘I love your earrings‘ zei ik tegen iemand, maar er kon nog geen knikje vanaf. Ik kan trouwens niet zeggen dat het m’n avond negatief beïnvloedde. Ik stond op een feest in een Italiaans kasteel, de kleindochter van Ferragamo liep er rond, ik was er met een knappe Italiaanse date en had simpelweg de tijd van m’n leven. Toen ik drie weken ervoor vol zin en vreugd naar deze stad kwam had ik deze filmscène nooit durven schrijven. Lo era, una fiaba che si realizzò.

Project Italiaanse droom

« L’episodio precedente

Continua a leggere… »